
Vakantiegeld in de horeca
Vakantiegeld, ook wel vakantietoeslag of vakantiebijslag genoemd, is een bedrag dat een werknemer ontvangt en dat gelijk is aan minimaal 8% van het bruto salaris. Iedere werknemer, dus ook in de horeca (waaronder hotels) heeft in beginsel recht op dit bedrag. Hieronder leggen we uit wie recht heeft op vakantiegeld, wanneer het wordt uitbetaald, hoe het wordt berekend en wat de wettelijke regels en CAO-afspraken zijn. Ook geven we praktische tips, bijvoorbeeld wat te doen als je vakantiegeld niet (op tijd) ontvangt. We houden de informatie toegankelijk (B2-niveau) en vermijden ingewikkeld juridisch jargon.
Wie heeft recht op vakantiegeld?
In principe heeft iedereen die in loondienst werkt recht op vakantiegeld. Dit geldt voor vaste én tijdelijke medewerkers, fulltime én parttime, en ook voor oproepkrachten met een nuluren- of min-max contract. Enkele belangrijke punten:
Alle werknemers: Volgens de wet (Artikel 15 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag) heeft elke werknemer recht op minimaal 8% vakantiebijslag over het bruto loon dat hij of zij heeft verdiend. Deze verplichting geldt ongeacht contractvorm. Daarnaast heb je ook tijdens ziekte recht op vakantiegeld over jouw salaris.
Oproepkrachten: Ook als oproepkracht met een nulurencontract bouw je over de gewerkte uren vakantiedagen én vakantiegeld op. Je vakantiegeld is minimaal 8% van het loon dat je in het afgelopen jaar verdiend hebt. (Zie verderop meer over uitbetaling bij oproepcontracten.)
Uitzonderingen volgens de wet: Er zijn twee uitzonderingen op het recht op vakantiegeld. (1) Als in een cao is vastgelegd dat er geen vakantiegeld wordt betaald, dan wel een lager bedrag. Het loon moet dan minstens 108% van het minimumloon zijn. (2) Als een werknemer meer dan drie keer het minimumloon verdient en dit schriftelijk is overeengekomen, kan vakantiegeld worden uitgesloten of verlaagd. Dit betreft hoog loon en zal in de praktijk in hotels zelden spelen.
Let op: De term “vakantiegeld” wordt in de wet “vakantiebijslag” genoemd, en in sommige cao-teksten “vakantietoeslag”. In dit artikel hanteren we consequent de term vakantiegeld. Vakantiegeld staat los van je normale salaris en komt bovenop je loon. Het is meestal ongeveer gelijk aan of iets minder dan een bruto maandsalaris. (omdat 8% van een jaarsalaris neerkomt op 0,96 van een maandsalaris).
Wanneer wordt vakantiegeld uitbetaald?
Standaard één keer per jaar: Werkgevers moeten vakantiegeld minstens één keer per jaar uitbetalen. De meeste werknemers ontvangen hun vakantiegeld jaarlijks in mei of juni. De horeca-cao schrijft voor dat vakantiegeld uiterlijk in de maand juni moet worden uitgekeerd. Vaak kiezen hotels en andere horecabedrijven ervoor om in mei uit te betalen. Dit is een populair moment, zodat medewerkers het kunnen gebruiken voor de zomervakantie. De werkgever mag hier echter ook juni van maken; later dan 30 juni betalen is wettelijk niet toegestaan.
Uitbetaling bij einde dienstverband: Verlaat je het bedrijf of hotel vóór de jaarlijkse uitbetalingsmaand, dan hoef je niet te wachten tot mei/juni voor je vakantiegeld. Bij het einde van je dienstverband moet al het opgebouwde vakantiegeld direct worden uitbetaald, doorgaans met je laatste salaris. Dit geldt ook als je nog geen volledig jaar in dienst was. Je krijgt dan vakantiegeld over de periode dat je hebt gewerkt.
Voorbeeld: Stel je hebt een contract van september tot en met augustus (schooljaar, seizoenskrachten of leerwerktrajecten in hotels). Volgens de regels ontvang je in juni vakantiegeld over de periode september–mei. Bij het aflopen van je contract in augustus krijg je dan nog het resterende deel (over juni–augustus) uitgekeerd.
Hoe wordt vakantiegeld berekend?
Hoogte: Vakantiegeld bedraagt standaard 8% van het brutoloon dat je in een jaar verdiend hebt. De berekening loopt meestal van 1 juni tot 31 mei van het volgende jaar (dit is het “vakantiejaar” in de horeca). Sommige werkgevers hanteren het kalenderjaar als referentieperiode, maar in alle gevallen komt het neer op 12 maanden loon waarover 8% wordt berekend. Enkele details over de berekening:
Meerekenen van looncomponenten: Het vakantiegeld wordt berekend over je verdiende bruto loon in de referteperiode. Alle gewerkte uren tellen mee. Overuren tellen volledig mee, inclusief eventuele overwerktoeslag. Ook over overwerk moet vakantiegeld betaald worden. Als je bijvoorbeeld regelmatig extra uren draait in een hotel (bijv. tijdens drukke evenementen), dan ontvang je ook 8% over die extra verdiensten.
Uitsluitingen: Bepaalde éénmalige uitkeringen of bijzondere beloningen tellen niet mee voor de berekening. Zo worden incidentele toeslagen, gratificaties (bonussen) en beloning in natura doorgaans uitgesloten van vakantiegeld. Bijvoorbeeld: een winstdeling of 13e maand maakt in de regel geen deel uit van de basis waarover vakantiegeld wordt berekend.
Ziekte of verlof: Mocht je (deels) ziek zijn geweest of onbetaald verlof hebben gehad, dan bouw je vakantiegeld op over het loon dat je wel ontvangen hebt. Tijdens ziekte blijft de opbouw van vakantiegeld doorlopen, zij het over het (vaak iets lagere) doorbetaalde loon tijdens ziekte.
Voorbeeldberekening: Verdien je als fulltime hotelmedewerker bijvoorbeeld €2.000 bruto per maand, dan komt je bruto jaarloon uit op €24.000. Je vakantiegeld hiervoor is 8% van €24.000 = €1.920 bruto. Verdien je minder of meer, dan pas je hetzelfde principe toe (8% van jouw jaarloon). In de praktijk zie je dat dit vaak net iets minder is dan een volledige maandloon, zoals eerder opgemerkt.
Samengevat: Vakantiegeld in de horeca is 8% van je brutoloon. Meestal bouw je per maand een beetje vakantiegeld op, dat apart wordt bijgehouden. Op je loonstrook kun je doorgaans zien hoeveel je hebt opgebouwd en/of uitbetaald gekregen aan vakantiegeld.
Vakantiegeld volgens wet en cao
De Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML) bepaalt dat werknemers minimaal 8% vakantiegeld krijgen, dat ten minste één keer per jaar wordt uitbetaald. In de horeca-cao gelden dezelfde regels, met enkele aanvullingen:
Uitbetaling: Vakantiegeld moet uiterlijk in juni worden uitgekeerd. Maandelijkse uitbetaling is toegestaan, mits dit schriftelijk is vastgelegd en duidelijk op de loonstrook staat.
Vakantiejaar: De meeste horecabedrijven rekenen van juni tot mei, maar soms wordt het kalenderjaar gebruikt. Voor de werknemer maakt dit weinig verschil: over elke verdiende euro wordt 8% vakantiegeld opgebouwd.
Controleer je contract: Kijk altijd in je arbeidsovereenkomst of personeelshandboek voor de exacte afspraken, zoals het moment van uitbetaling.
Vakantiegeld voor oproepkrachten (nulurencontracten)
Oproepkrachten in hotels, zoals banquetmedewerkers of extra schoonmaak- en keukenhulpen, hebben recht op vakantiegeld, net als andere werknemers. Er zijn wel een paar aandachtspunten:

Opbouw per gewerkt uur
Omdat je geen vast aantal uren en geen vast salaris hebt, wordt vakantiegeld over het salaris per gewerkt uur opgebouwd. Op je loonstrook staat vaak een percentage dat deze reservering aangeeft (8% vakantietoeslag).Maandelijkse uitbetaling (“all-in”)
In de horeca wordt vakantiegeld vaak direct meegerekend in je uurloon (all-in loon). Je uurloon is dan hoger, maar je ontvangt later geen aparte uitkering in mei of juni. Op je loonstrook moet duidelijk staan welk deel vakantiegeld en vakantiedagen is. Volgens de cao geldt hierbij: 8,85% over het uurloon voor vakantiegeld en 10,64% over het uurloon voor vakantie-uren.Vakantie opnemen
Ook oproepkrachten hebben recht op doorbetaalde vakantiedagen. Is jouw loon all-in, dan krijg je bij vakantie geen extra betaling, want dit is al verrekend. Je moet zelf je verlofsaldo bijhouden en vrij nemen in overleg met je werkgever. Wil je liever vakantiegeld één keer per jaar ontvangen, bespreek dit met je werkgever of payrollbedrijf.
Tip: Werk je via payroll of uitzendbureau? Dan gelden dezelfde regels. Vraag hoe en wanneer zij je vakantiegeld uitbetalen (per periode of jaarlijks).
Vakantiegeld voor stagiairs in hotels
Stagiairs nemen een bijzondere positie in. In hotels zijn stagiairs vaak studenten van een horeca-opleiding (MBO/HBO) die praktijkervaring opdoen. Belangrijk om te weten: een stagiair (BOL-opleiding) wordt juridisch niet gezien als werknemer. Dit betekent dat de gebruikelijke arbeidsrechten, waaronder vakantiegeld, niet automatisch van toepassing zijn. Enkele punten specifiek voor stagiairs:
BOL-stagiairs (Beroeps Opleidende Leerweg): Deze fulltime studenten die stage lopen hebben géén recht op loon of vakantiegeld volgens de wet en de horeca-cao. In plaats daarvan krijgen ze een stagevergoeding. Alle afspraken zoals vergoeding, aantal vrije dagen, etc. worden vastgelegd in een stageovereenkomst, niet in een arbeidsovereenkomst. Over de stagevergoeding wordt geen apart vakantiegeld opgebouwd of uitbetaald. BOL-stagiairs krijgen geen wettelijke vakantiedagen. Vaak wordt wel afgesproken dat ze soms vrij kunnen zijn, bijvoorbeeld voor school of een korte vakantie. Dit moet in de stageovereenkomst staan.
Stagevergoeding in de horeca: De horeca-cao stelt een minimale stagevergoeding vast om stagiairs te ondersteunen. Per 1 januari 2025 is dat €400 bruto per maand bij een fulltime stage (4-5 dagen per week). Deze vergoeding is een vast bedrag en vervangt als het ware het loon; er komt dus niet nog eens 8% bovenop.
BBL-leerlingen (Beroeps Begeleidende Leerweg): Let op dat een BBL-stagiair (iemand die 4 dagen werkt en 1 dag naar school gaat) wél een arbeidsovereenkomst heeft en als werknemer wordt beschouwd. BBL’ers vallen onder de cao en hebben recht op minimumloon en alle normale arbeidsvoorwaarden. Dus een BBL’er bouwt vakantiegeld op (8% over het loon) en krijgt dit net als andere medewerkers uitbetaald. In de praktijk krijgen BBL-leerlingen vaak het minimumloon passend bij hun leeftijd en functie, en daarop 8% vakantiegeld.
Het is goed dit verschil te benoemen: BOL-stagiair = geen loon en vakantiegeld, BBL-stagiair = wel loon en vakantiegeld.
Samengevat voor stagiairs: Als je stage loopt in een hotel via je opleiding, krijg je doorgaans alleen een stagevergoeding en geen vakantiegeld. Bespreek met het hotel hoe het zit met vrije dagen tijdens je stage. Meestal moet je vakantie aanvragen bij je stagebedrijf en houden zij zoveel mogelijk rekening met je wensen, maar het bedrijf mag redelijke grenzen stellen. Alles wat afwijkt (bijvoorbeeld een extra beloning als je langer blijft werken na je stage) vereist een aparte arbeidsovereenkomst. Zorg dus dat je weet waar je als stagiair recht op hebt en waar niet, zodat je niet met verkeerde verwachtingen zit.
Praktische tips voor werknemers
Tot slot enkele praktische tips en aandachtspunten rondom vakantiegeld in de horeca:
Controleer je loonstroken: Kijk regelmatig op je salarisstrook of je vakantiegeld wordt gereserveerd. Meestal zie je een regel met “opgebouwd vakantiegeld” of een percentage. Bij oproepkrachten kan het zijn dat het al uitgekeerd wordt per maand. Dit moet duidelijk aangegeven staan. Zo weet je of je in mei/juni nog iets krijgt of dat je het gaandeweg al ontvangen hebt.
Weet wanneer jouw werkgever uitbetaalt: Vraag bij indiensttreding of aan je HR/leidinggevende wanneer het vakantiegeld wordt uitgekeerd. In de meeste hotels is dit in mei of juni. Het kan in je arbeidsovereenkomst staan. Zet desnoods een herinnering in je agenda tegen die tijd.
Als je vakantiegeld niet ontvangt: Heb je eind juni nog geen vakantiegeld gezien en ben je er wel recht op verschuldigd? Onderneem dan actie. Ga eerst in gesprek met je werkgever of de salarisadministratie. Het kan een vergissing zijn of er is onduidelijkheid of het al is uitbetaald. Blijft de betaling uit of krijg je geen duidelijk antwoord, stuur dan schriftelijk (per e-mail of brief) een verzoek om uitbetaling van je vakantiegeld. Je hebt hier wettelijk recht op, dus je mag dit zeker opeisen. Schakel zo nodig een vakbond of juridisch adviseur in voor hulp; niet-uitbetalen van vakantiegeld is in strijd met de wet. In uiterste geval kun je het bedrag vorderen, eventueel met wettelijke rente als het te laat is betaald.
Bij problemen: advies inwinnen: Merk je onregelmatigheden (bijv. te weinig vakantiegeld berekend, of onduidelijkheid over je all-in loon), dan kun je terecht bij instanties. Vakbonden (zoals FNV Horeca, CNV, De Horecabond) bieden leden ondersteuning bij dit soort vragen. Ook kun je anoniem informatie inwinnen bij het juridisch loket of Inspectie SZW (Arbeidsinspectie) als je denkt dat jouw werkgever de regels niet naleeft.
Belasting op vakantiegeld: Realiseer je dat over vakantiegeld meer loonheffing wordt ingehouden dan over je reguliere loon. Vakantiegeld wordt namelijk gezien als een extra inkomen in één keer, waardoor het in een hoger belastingtarief kan vallen. Niet schrikken dus als het nettobedrag lager uitvalt dan je had verwacht van dat 8% bruto, dit komt door de belastingtabellen. Je hoeft hier zelf niets voor te doen; het wordt automatisch verrekend via de loonbelasting.
Met deze informatie ben je als hotelmedewerker goed voorbereid op jouw vakantiegeld. Je weet nu wie er recht op heeft (vrijwel iedereen in dienst), hoe het bedrag wordt berekend, wanneer je het kunt verwachten en wat je kunt doen als er iets misgaat. Vakantiegeld is een fijne arbeidsvoorwaarde die je helpt om écht van je vakantie te genieten of om andere financiële doelen te bereiken. Als je vragen hebt, zorg dan dat je krijgt waar je recht op hebt en trek op tijd aan de bel bij je werkgever of een deskundige. Fijne vakantie alvast!
Bronnen: De bovenstaande informatie is gebaseerd op de Nederlandse wetgeving (WML, BW) en de horeca-cao, met uitleg van betrouwbare bronnen zoals de Rijksoverheid, vakbondsinformatie van De Horecabond/CNV, en gespecialiseerde artikelen. Deze bronnen zijn in de tekst gelinkt voor verdere details en naslag.

Dit artikel is gecontroleerd door:
Sander (A.J.C.) Theunissen
Advocaat Arbeidsrecht (Counsel) - CLINT | Littler
Sander (A.J.C.) Theunissen heeft meer dan vijftien jaar ervaring en is gespecialiseerd in arbeidsrecht en medezeggenschapsrecht. Hij heeft onder andere voor ervaring opgedaan in arbeidsrecht voor de horeca.
Veelgestelde vragen over vakantiegeld in de horeca
1. Wat is vakantiegeld?
Vakantiegeld is een extra uitkering bovenop je salaris, minimaal 8% van je brutoloon. In de horeca wordt dit meestal in mei of juni uitbetaald.
2. Wie heeft recht op vakantiegeld?
Iedere werknemer in loondienst (vast, tijdelijk, parttime, oproep, BBL) bouwt vakantiegeld op.
Uitzonderingen: bij een loon > 3× WML en schriftelijk uitgesloten (zeldzaam), of wanneer cao/contract bepaalt dat vakantiegeld in het loon is verdisconteerd (min. 108% van WML).
3. Heb ik recht op vakantiegeld als ik ziek ben?
Ja. Tijdens ziekte bouw je vakantiegeld op over het doorbetaalde loon.
4. Wanneer wordt vakantiegeld uitbetaald?
Uiterlijk 30 juni (volgens horeca-cao)
Vaak in mei
Bij einde dienstverband met de laatste salarisbetaling
5. Hoe wordt vakantiegeld berekend?
8% van het brutoloon over 12 maanden (vaak juni t/m mei).
Meetellen: overuren (incl. toeslagen), doorbetaald loon bij ziekte
Niet: eenmalige bonussen/gratificaties
Voorbeeld: €2.000 bruto/maand ⇒ €24.000/jaar ⇒ 8% = €1.920 vakantiegeld (bruto).
6. Hoe zit het met vakantiegeld voor oproepkrachten?
Je bouwt per gewerkt uur 8% vakantiegeld op. Bij een all-in loon zit dit in je uurloon.
Indicatie opbouw: vakantiegeld 8,85% + vakantie-uren